De brieven die Kim en ik aan elkaar schrijven gaan vooral over onze belevingswereld. We zetten ons gevoel om in woorden en proberen zo het ongrijpbare grijpbaar te maken. Dat geeft ons inzicht en overzicht. Door gebeurtenissen te beschrijven, bekijken we de situatie even vanuit een ander perspectief. We kijken er nog eens naar als toeschouwer en beschrijven wat we zagen, maar we beschrijven ook wat het met ons deed. Omdat je gevoel niet kan zien, zoeken we naar herkenbare voorbeelden om het zichtbaar te maken. Zo beschrijven we het leven vaak als een spel. We gebruiken termen als levels behalen, de nieuwste versie downloaden en een paar vakjes teruggaan of juist overslaan.
Want wat nou… als we hier maar met een spel bezig zijn? Waarin ieder poppetje gewoon helemaal klopt? Als je niet hoeft te haasten om bij de finish te komen, maar het gewoon kunt overlaten aan de dobbelstenen?
Als je de koude put nodig hebt om echte warmte te ervaren, de gevangenis om werkelijke vrijheid te beleven en het kerkhof, om het leven in al je aderen te voelen stromen?
Het citaat hierboven komt uit ‘Het spel dat leven heet’ van Janneke Hartveld en is voor ons zó herkenbaar. In haar boek beschrijft Janneke het leven als een (bord)spel waar jijzelf de hoofdrol in speelt. Voor dat spel heb je geen opleiding, geen regels, geen strijd en geen cursussen nodig. Alleen maar nieuwsgierigheid, vertrouwen én overgave: ‘Laat je leiden door de dobbelstenen en vertrouw erop dat je op dit moment precies het juiste aantal ogen gooit.’